Tweegesprek

‘Een identiteit vorm je samen’

Wie:

Jochem Quartel, docent levensbeschouwing, VeenLanden College Mijdrecht (VLC) en lerarenopleider aan de VU Amsterdam

Pascal Collard, onderzoeker aan het Hermann Wesselink College (HWC) en promovendus Zorgethiek aan de Universiteit voor Humanistiek

Vraag:

Wat is eigenlijk de identiteit van de Cedergroep (en wat moeten we ermee)?

Hebben wij als Ceder een identiteit? Wat betekent het anno 2019 om een christelijke school te zijn? Zíjn we eigenlijk nog wel christelijk? Over deze prikkelende vragen gaan docent Jochem Quartel en onderzoeker Pascal Collard met elkaar in gesprek. Een verslag.

Wat is onze identiteit?

Jochem Quartel

Jochem: “Dat is gelijk een lastige vraag. Ooit is tijdens een gezamenlijke studiedag benoemd dat we als Cederscholen in de joods-christelijke traditie staan. Verder zou ik eigenlijk niet weten wat de identiteit van Ceder is. En dat is ook gelijk het probleem.”

Pascal: “Ik denk dat ouders voor onze scholen kiezen omdat ze zich vertrouwd voelen met de christelijke waarden. Maar wat die precies zijn? De slogan van het HWC is: ‘Iedereen is gelijk, maar niemand hetzelfde’. Inmiddels denk ik dat we niet over gelijkheid, maar over gelijkwaardigheid moeten spreken. Ieder kind heeft immers het recht om ongelijk behandeld te worden, denk aan differentiatie in de les en gepersonaliseerd leren. Daarnaast denk ik aan het omarmen van diversiteit, gegeven de pluriforme samenleving waarin we leven.”

Pascal Collard

Jochem: “Barmhartigheid vind ik ook een mooie. Op het VLC hebben we ‘de zeven werken van barmhartigheid’ staan. Die gaan bijvoorbeeld over ‘de zieken helpen’ of ‘de hongerigen te eten geven’. Die werken geven onze identiteit weer, iedere leerling kent ze. En compassie, solidariteit: het zijn woorden die bij Ceder horen, of zouden móeten horen.”

Hoe zie je die waarden terug?

Jochem: “Je kunt de identiteit van een school op verschillende niveaus benaderen: levensbeschouwelijk, pedagogisch, organisatorisch of onderwijskundig. De ‘smalle’ levensbeschouwelijke laag gaat over vieringen, dagopeningen. Die zie je over het algemeen wel terug op de scholen. De levensbeschouwelijke ‘brede’ laag, dat je je identiteit helemaal laat doorwerken in je onderwijs en pedagogiek, is echter nauwelijks aanwezig.”

Pascal: “Dat herken ik wel.”

Jochem: “Je onderwijs hangt niet zomaar in de lucht. Achter vernieuwende onderwijsconcepten gaan bijvoorbeeld ideeën over mensbeelden, ethiek en levensbeschouwing schuil. Neem nu het gepersonaliseerd onderwijs, dat uitgaat van het idee dat jij zelf de beheerder bent van je eigen levensproject. Een leerling gaat zijn eigen autonome, vrije weg en wij als docenten ondersteunen waar nodig. Maar dat zijn keuzes waarmee je het niet eens hoeft te zijn. Daarover moet je nadenken als school.”

Moet je de Ceder-identiteit vanuit de joods-christelijke traditie benaderen?

Jochem: “Dat vraag ik me af. Leerlingen gaan niet meer naar de kerk, docenten doen niet meer aan dagopeningen. Ik wil die traditie niet aan de kant zetten, begrijp me goed. Maar wat betekent het anno 2019 om een christelijke school te zijn? Daarvoor is herbezinning nodig en móeten we in gesprek met elkaar.”

Pascal: “Begin dan bij de leerlingen. Wij hebben omtrent het begrip burgerschap gesprekken met leerlingen gevoerd. Heel waardevol. Je moet niet van hogerhand opleggen wat onze identiteit moet zijn. Je kunt niet zeggen ‘we gaan nu vanuit deze identiteit werken’ als medewerkers en leerlingen dat niet zo ervaren. Een identiteit vorm je samen.”

Jochem: “Ik vind wel dat het bestuur hierin een voortrekkersrol heeft. Dat is in het verleden onvoldoende gebeurd. De kernvraag moet zijn voor welke waarden we eigenlijk staan.”

Pascal: “Eerst formuleren wat wij belangrijk vinden, en daarna de vraag stellen hoe dat aansluit bij de christelijke waarden. Soms heb ik het gevoel dat Ceder wil vasthouden aan het christelijke bestaansrecht, maar twijfelt ze of het nog wel past bij het huidige onderwijs dat we bieden. Op het HWC wordt bijvoorbeeld vrijwel niets meer gedaan vanuit de tradities van het christelijk geloof. Het is de kunst om deze waarden aan te laten sluiten bij de huidige maatschappij.”

Jochem: “Op het VLC geeft de schoolleiding bij de aanname van docenten aan dat zij het waarderen als je als docent een dagopening geeft. Met de toevoeging dat je je wel in de christelijke identiteit moet kunnen ‘bewegen’.”

Pascal: “Dat is dus een spanningsveld. We hebben twee moslima’s in de sectie godsdienst/levensbeschouwing. Soms vindt de dagopening door hen vanuit de Koran plaats. Dat wordt geaccepteerd en is geen enkel probleem. De school heeft bewust de keuze gemaakt om dat te omarmen. Binnenkort krijgen we ook een joodse docent die de sectie gaat versterken, dus erg multireligieus. Maar die waarden die we net benoemden zijn natuurlijk universeel.”

Jochem: “Maar er zijn ook verschillen. Ik zou het mooi vinden als we als Ceder uitdragen dat wij scholen zijn die hierover het gesprek voeren.”

Pascal: “Het is alleen jammer dat de verschillende Cederscholen een homogene populatie hebben. Kunnen we geen leertafels opzetten waarbij we leerlingen uitnodigen met elkaar in gesprek te gaan over bijvoorbeeld religie of zingeving? Dialoog en verbinding. Dat kan de kracht van Ceder zijn.”

En hoe vertaal je dat vervolgens in je onderwijs?

Jochem: “Dat kan bijvoorbeeld vorm krijgen door op alle Cederscholen ethiek of filosofie als examenvak aan te bieden. En in bredere zin: op het VLC zijn we met sociaal-emotioneel leren bezig dat uitgaat van ik- jij- en wij-competenties. Wat ben jij waard? In hoeverre ben jij verantwoordelijk voor je medemens? Je kunt dat prima koppelen aan identiteit.”

Pascal: “Uiteindelijk willen we toe naar een situatie waarin iedereen zich gezien, gehoord en gewaardeerd voelt. Zo willen we op het HWC dat iedere leerling op passend niveau uitstroomt. Dat iedere leerling wordt aangesproken op zijn of haar eigen talent. Dat gaat over gelijkwaardigheid, over bestaansrecht.”

Jochem: “Resultaten zijn belangrijk, maar andere dingen ook. In aanvulling daarop: draag uit dat we leerlingen een tweede kans bieden. Dat we langer het gesprek met een leerling aangaan dan andere scholen. Dat gaat ook over de waarde vergeving.”

Pascal: “Ten slotte: het is een gevaar als je iets belooft en je komt het niet na. Als je je identiteit niet laat terugkomen in je onderwijs, wie houd je dan voor de gek?”